Afstellen derailleur

Werking derailleurs

Voor de juiste schakelprestaties is het van belang dat de voor- en achter-derailleur goed zijn afgesteld. Na verloop van tijd zal de binnenkabel iets uitrekken waardoor tijdens het schakelen de derailleur niet meer recht onder het juiste tandwiel staat. Hierdoor geeft je ketting een ratelend geluid en het schakelen gaat haperend. Bij de voor-derailleur komt de ketting mogelijk niet meer soepel op het grote blad. Door met de kabelverstellers de buitenkabel iets ‘langer’ te maken loopt alles weer soepel. Binnenkabels moeten iedere twee jaar worden vervangen, het is verstandig om dan ook de buitenkabels te vervangen.

Afstellen achter-derailleur

Zorg dat de ketting achter op het kleinste tandwiel ligt en voor op het grootste. Let op: de shifter van de achter-derailleur moet in de juiste stand staan voor het kleine tandwiel! Trek de derailleurkabel met de hand op spanning en schroef deze vast met een 5 mm inbussleutel. De kabel staat nu op spanning, doormiddel van de kabel versteller moet je de derailleur wieltjes recht onder het cassette tandwiel afstellen. Daarna moet er worden bepaald wat de uiterste grenzen zijn waartussen je kunt schakelen zonder dat de ketting tussen de cassette en de spaken terecht komt. Of aan de buitenkant tegen de achtervork aanloopt.

Het afstellen van de uiterste grenzen doe je door de schroef  ‘L’ (van low) in te draaien tot deze enige tegendruk krijgt. (Twijfel je, draai het schroefje dan eerst los). Nu kan de achter-derailleur niet verder dan het kleinste tandwieltje. Vervolgens schakel je achter naar de lichtste versnelling, het grootste tandwiel, en doet daar precies het zelfde met de ‘H’-schroef (H van high). Alleen nog even fine tunen met de kabelversteller en het schakelt weer als een zonnetje. Het fine tunen kan door weer terug te schakelen naar het één na kleinste tandwieltje.

 

Afstellen voor-derailleur

Ook de voor-derailleur heeft twee kleine stelschroefjes. Deze schroefjes hebben dezelfde aanduiding als op het achter derailleur ‘H’ (van high) en ‘L’ (van low). Let op! De buitenkant van het voorderailleur moet evenwijdig lopen met het grote blad.

Zet de ketting op het kleine voorblad en het grootste achter-tandwiel. Stel het L-schroefje zo af dat de voorderailleur 2 mm van de ketting staat. Schakel nu naar het grote tandwiel voor en naar de kleinste achter. Stel met de H-schroef  het derailleur naar binnen tot deze 2 mm van het derailleur staat. Zo zal de ketting er nooit af kunnen vallen en loopt je derailleur vrij.

TIP! Zorg er voor dat je tijdens het fietsen op het buitenblad, de grootste achter-tandwielen zo min mogelijk gebruikt. De ketting zal anders te schuin komen te staan waardoor er te veel wrijvingsweerstand ontstaat. Hierdoor vergroot je de slijtage van zowel de ketting als cassette. Dit geldt natuurlijk ook voor het rijden op het binnenblad en het gebruiken van de kleinste achter-tandwielen.

Welk gereedschap heb je nodig?

- Kleine kruiskopschroevendraaier

- Inbussleutel 5 mm

- Smeermiddelen

Kabels vervangen

Iedere twee jaar dien je de derailleurkabels te vervangen. Zorg altijd, als je kabels vervangt, dat deze dezelfde lengte hebben dan de oude kabels. Maak je het laatste stukje kabel te lang, dan bestaat de mogelijkheid dat het bovenste derailleurwieltje aanloopt tegen het grootste achter tandwiel.

Zie ook: http://www.m-gineering.nl/derafst.htm#storingslijst 

 

Details